Uit welke onderdelen bestaat je event?
Voor de programmering en het format van je event. Hier tips voor spekers, voor het maken van een pakkende stelling en een lijst me tools voor digitale interactie.
Top 5 favoriete interactietools
1. Mentimeter
2. Buzzmaster
3. Slido
4. Northpolls
5. Sendsteps
Tips voor de spekers op je event
De mooc van de Universiteit van Tomsk over het ontwerpen van je slides staat hier.
Of laat je sprekers deze online cursus
volgen bij Coursera.
Hiermee
maak je mooie infographics.
Top 10 Tips voor sprekers (de ongenuanceerde versie!)
1. Maak het interactief. De spanningsboog van een gemiddelde luisteraar is 12 minuten. Probeer dus een paar keer tijdens je presentatie contact te hebben met het publiek. Stel ze een vraag. Of leg ze een stelling voor waar op gestemd kan worden.
2. Verplaats je in het publiek. Wat is hun achtergrond? En wat weten ze al over het onderwerp waarover je komt spreken? Denk altijd vanuit je publiek: wat willen zij horen? Dus niet: wat wil jij vertellen?
3. Vul niet al je spreektijd met je presentatie. Zo kom je niet in tijdnood en houd je ruimte voor vragen van het publiek.
4. Neem de ruimte. Het hele podium is van jou, blijf niet aan de zijkant staan maar pak je plek.
5. Maak contact met je publiek. Dat doe je door ze aan te kijken. Laat je ogen terwijl je spreekt rustig door de zaal gaan. Van links naar rechts, van boven naar beneden.
6. Gebruik PowerPoint als een ondersteuning voor je verhaal. De stelregel is: gebruik zo min mogelijk tekst en zo veel mogelijk beeld.
7. Maak twee presentaties: een die je daadwerkelijk gaat laten zien en een andere, mogelijk uitgebreidere versie, die als handout nagestuurd kan worden.
8. Maak geen slides met je cv of informatie over je organisatie. Daar komen mensen niet voor en het haalt de energie uit de zaal. Stel jezelf en je bedrijf in plaats daarvan voor met één beeld. Een foto met iets waar je trots op bent. Of iets wat je raakt. Met zo’n beeld maak je een blijvende indruk.
9. Blijf flexibel. Presenteren is vooral improviseren. Ontspannen omgaan met het onverwachte. Is de reactie van het publiek niet zoals je had verwacht? Geen probleem. Blijf niet halsstarrig vasthouden aan je verhaal, maar ga mee met wat het publiek wil horen.
10. Heb lol. Als jij er al geen plezier in hebt, waarom zouden je toehoorders dan wel enthousiast naar je gaan luisteren?
Top 10 Tips voor goede stellingen
1. Kort en bondig. Gebruik maximaal tien woorden per stelling.
2. Een stelling is geen vraag maar een bewering waar je voor of tegen kunt zijn. Eindig een stelling dus niet met een vraagteken.
3. Een stelling maakt een keuze en is meteen duidelijk. Dus niet ‘We moeten de vennootschapsbelasting halveren en dagvoorzitters vrijstellen van btw.’ Op deze manier kun je vóór het ene deel maar tegen het andere deel van de stelling zijn.
4. Zorg dat de stelling geen argument bevat. Dus niet: ‘Omdat het beter is voor het milieu moeten we de maximumsnelheid op snelwegen verlagen naar 100 km/uur’ Wel: ‘De maximumsnelheid op snelwegen moet verlaagd worden naar 100 km/uur’
5. De stelling moet altijd aansluiten bij de achtergrondkennis en de behoefte van het publiek.
6. Vermijd een dubbele ontkenning, daar wordt de stelling onduidelijk van. Het woord ‘niet’ dus niet gebruiken.
7. Denk aan de balans. De stelling moet in evenwicht zijn. Je moet hem goed kunnen verdedigen én goed kunnen aanvallen.
8. Maak een stelling zo concreet mogelijk. Dus niet: ‘Het eigen risico kan best omhoog.’ Maar wel: ‘Het eigen risico moet verhoogd worden naar € 1.000’.
9. Er moet iets veranderen ten opzichte van de bestaande situatie. Dus niet: ‘Er moet een leerplicht komen voor iedereen onder de 18 jaar’. Maar wel: ‘De leerplicht moet worden afgeschaft’.
10. Boven alles is een stelling prikkelend. Scherp. Mag zelfs ongemakkelijk zijn. Zet aan tot debat!